2) Een uitgebreider netwerk
Instructie
In de afbeelding links vind je een voorbeeld van een mogelijk schoolnetwerk.
Aan de hand van deze afbeelding lichten we enkele netwerkcomponenten toe die in vorige video nog niet besproken zijn. Ook bekijken we enkele netwerkdiensten. SWITCH (1) In vorige video maakte je kennis met de router. Deze legt een verbinding tussen verschillende netwerken. In een thuisomgeving heeft de router vaak voldoende poorten zodat je hiermee een thuisnetwerk op poten kan zetten. Op een school ligt dat wat moeilijker daar heb je vaak meer dan 50 toestellen op één netwerk. Het is hier niet mogelijk om ze allemaal rechtstreeks op de router aan te sluiten. Daarom wordt er in grotere netwerken gebruik gemaakt van een switch. Een switch is een knooppunt waar de netwerkkabels samenkomen. Deze regelt de onderlinge verbinding van computers in het netwerk en zorgt voor het doorsturen van de gegevens van de ene computer naar de andere. SERVER Een server is een computer of programma die diensten aanbied in een netwerk, vaak aan meerdere toestellen. De toestellen die gebruik maken van deze diensten worden vaak cliënts genoemd. In een school vind je verschillende servers terug: |
Domein server (2)
De domein server staat in voor het centraal gebruikersbeheer. Deze service beheert de verschillende gebruiker accounts. Als je met schoolaccount dus wil inloggen controleert deze service (domeinserver) of je login gegevens overeen komen met je account. Met deze service kan de beheerder ook verschillende rechten toekennen aan de accounts. Zo zal het zijn dat een leerkracht meer rechten heeft dan een leerling.
Webserver (3)
Dit is de server waarop de website staat. Deze moet dag en nacht beschikbaar zijn. Op die manier is de website altijd bereikbaar.
Fileserver (4)
Dit is de server waarop alle bestanden staan. Vanaf elke computer in het netwerk kan je deze bestanden raadplegen. Ze worden centraal aangeboden.
Mailserver (5)
Een mailserver is verantwoordelijk voor het verwerken van e-mails. Deze server zorgt voor distributie van berichten. Vaak wordt ook een controle uitgevoerd op virussen en spam.
Printserver (6)
Een printerserver is een computer of router met één of meer aangekoppelde printers die door middel van een netwerk te bereiken zijn. In een thuisnetwerk wordt een printer meestal aangesloten op de router.
De domein server staat in voor het centraal gebruikersbeheer. Deze service beheert de verschillende gebruiker accounts. Als je met schoolaccount dus wil inloggen controleert deze service (domeinserver) of je login gegevens overeen komen met je account. Met deze service kan de beheerder ook verschillende rechten toekennen aan de accounts. Zo zal het zijn dat een leerkracht meer rechten heeft dan een leerling.
Webserver (3)
Dit is de server waarop de website staat. Deze moet dag en nacht beschikbaar zijn. Op die manier is de website altijd bereikbaar.
Fileserver (4)
Dit is de server waarop alle bestanden staan. Vanaf elke computer in het netwerk kan je deze bestanden raadplegen. Ze worden centraal aangeboden.
Mailserver (5)
Een mailserver is verantwoordelijk voor het verwerken van e-mails. Deze server zorgt voor distributie van berichten. Vaak wordt ook een controle uitgevoerd op virussen en spam.
Printserver (6)
Een printerserver is een computer of router met één of meer aangekoppelde printers die door middel van een netwerk te bereiken zijn. In een thuisnetwerk wordt een printer meestal aangesloten op de router.
Opdracht
Maak de oefeningen onder het deel "2) Een uitgebreider netwerk".